In 2020 bestond Velocitas 70 jaar. Op 1 juni 1950 werd de club opgericht. Door de coronacrisis gingen de festiviteiten niet door. Wat wel door kon gaan, is het vertellen van verhalen. Van toen, over nu en voor de toekomst. Wie anders dan onze Velovedettes kunnen die verhalen vertellen? Eind 2021 is het geplande dozijn Velovedettes compleet.
de vedette zelfst. nw. (m/v) Uitspraak: [və'dɛtə] Meervoud: vedettes, vedetten Betekenis: populaire figuur, bijvoorbeeld in de sport.
Het feuilleton Velovedettes bestaat verder uit
[table id=28 /]Als we ons er met een Jantje van Leiden van af had willen maken, dan was het dozijn Velovedettes met deze editie compleet geweest. Want Velovedette negen gaat niet over één Velovedette, niet over twee, niet over drie, maar over vier of eigenlijk zelfs vijf Velovedettes: de heren Van Poelgeest. Maar nee, geen Jantje maar Gerard, Hans, Rien, Wim en ook Aad. Samen vormen de heren één Velovedette. Lees zelf maar, of het gelukt is meer dan twee eeuwen Veloverhalen samen te vatten. De foto’s werden aangeleverd door Hans van Poelgeest.
Zo ging dat in die tijd
Gerard bijt het spits af: “Ergens in 1962 moest als ik als aanvoerder mijn team informeren over de wedstrijd van zaterdag. Twaalf kaartjes schreef ik uit. Want we speelden toen nog drievakskorfbal. Ik stapte op mijn fiets en bezorgde de uitnodigingen persoonlijk thuis. Zo ging dat in die tijd. Bijna niemand had nog telefoon, laat staan een computer om te kunnen e-mailen. Dat woord bestond nog niet eens!”
Hij ziet zijn aanvoerderschap als eerste officiële taak binnen de club, naast zelf trainen en spelen. Er volgden nog vele taken en functies. En niet alleen voor hemzelf, want: “Mijn vier andere broers gingen dat ook doen, en dus waren wij in de vele jaren die volgden betrokken bij het wel en wee van de club.”
Uit de korf?
Die betrokkenheid was en is enorm. We vatten de taken en functies die de heren vervulden hier kort samen, zodat er nog plek over blijft voor hun Veloverhalen: voorzitter, secretaris, wedstrijdsecretaris, trainer/coach (Wim was vier keer hoofdtrainer), scheidsrechter (Hans nog steeds, sinds zijn 18e), toernooicommissie, technische commissie, redacteur van het clubblad, klassement van de beste korfballer en korfbalster bijgehouden, ZAK opgericht en, vult Gerard aan, “Mijn inmiddels overleden broer Aad hield zich vooral bezig met het materiaal en de Avondvierdaagse. Zelf heb ik de allereerste informatieve vergadering gehad met het bestuur van de Leidse Avondvierdaagse. We weten allemaal wat daarvan geworden is.”
Wim bekent dat hij de laatste jaren niet heel veel heeft kunnen doen: “Dat kwam door mijn functie bij de Gemeente Leiderdorp, waar ik onder andere eindverantwoordelijk was voor de sport in Leiderdorp. Belangenverstrengeling belette mij om actief te zijn in de vereniging.” Wim vertelt ook, dat er binnen de club wel eens gefluisterd wordt, dat hij de rubriek Uit de korf schreef. Maar verder laat hij daar niets over los.
Alles op de fiets
Dan halen de heren herinneringen op en komen de Veloverhalen los. Hans: “In mijn eerste jaren bestond er nog geen zaalkorfbal. We speelden alleen één toernooi in een veilinghal. En ik herinner mij een uitwedstrijd naar Noordwijk, in november. We gingen op de fiets. Ik was toen pas 11 jaar! Daar aangekomen bleek de wedstrijd niet door te gaan, omdat het veld bevroren was. Dat vonden we maar raar.”
Rien herinnert zich, dat ze in weer en wind korfbalden aan de Besjeslaan, want: “Zaalkorfbal bestond nog niet. We speelden in zwarte shirts en gingen overal op de fiets naar toe: Alphen, Oegstgeest, Noordwijk. Alleen naar Gouda gingen we met de bus.” Wim corrigeert hem: “Ook naar Gouda ging ik op de fiets, zelfs als Rien met de bus ging. Op zaterdagochtend ging ik eerst naar school of werken op de volkstuin. Pas daarna ging ik naar de korfbal.”
Gezelligheid had onze aandacht
De heren doorliepen veel teams, waarbij volgens het jubileumboek van 2000 ‘enkele zelfs heel goed’ korfbalden. Ze beleefden vele kampioenschappen. “Maar ook de gezelligheid, waar we zo’n belang aan hechten, had onze grote aandacht”, vertelt Gerard. Vandaar dat ze betrokken waren bij de ZAK. Gerard zegt daarover: “Aan de oprichting van de ZAK zaten de legendarische kerst- en playbackavonden gekoppeld, de kaas- en wijnavonden, de bieravonden en later nog de pubquiz. Ook bij de diverse jubilea waren we er. In het bijzonder zullen mij veel cabaretvoorstellingen nog lang heugen.” Daar is Rien het roerend mee eens: “Die cabaretavonden waren altijd geweldig. Aan vele daarvan heb ik actief en met veel plezier deelgenomen. Verder zijn de realisering van de kunstgrasvelden en de opening van de nieuwe kantine na de brand momenten geweest, die ik nooit meer zal vergeten. Ook de toernooien waren altijd hoogtepunten. In die veilinghal, de eerste jaren in Wierden en de trip naar Croydon.”
Hans herinnert zich Wierden ook: “De weekenden in Wierden, die ik onder andere samen met Klaas Bosman organiseerde, die waren legendarisch. Maar aan mijn juniorentijd heb ik toch wel de mooiste herinneringen overgehouden. En aan het Velocitaskamp.” Daar haakt Wim graag op in: “De meeste senioren en junioren kennen mij daar van. Ik ben heel veel jaren mee geweest als hoofdleiding van het kamp. Dat begon in 1986. Ik was toen hoofdleiding van het allereerste Velocitaskamp. Nu 35 jaar later is het Velocitaskamp er nog steeds.”
Een vruchtbare bodem
Net als Rien en Hans was Wims enthousiasme voor toernooien groot: “Onze toernooien waren altijd hoogtepunten. Ik was steevast lid van de toernooicommissie en we bleven de avond tevoren de hele nacht op. Dat beïnvloedde onze prestatie de dag erop in positieve zin. Dat gevoel hadden we zelf althans… Verder herinner ik me het toernooi in Gorkom in 1969. Daar werden we bij de adspiranten officieus kampioen van Nederland. En er was één kampioenschap dat eruit sprong. Als trainer van Velocitas werd ik ooit in de zaal kampioen. Bijna alle wedstrijden wonnen we al vechtend, met amper een doelpunt verschil. De tribune was bij thuiswedstrijden volledig gevuld, omdat er altijd sensatie te beleven was.” (Wie nog weet welk seizoen dit was, laat het weten via een reactie op dit artikel, red.)
Gerard herinnert zich Velocitas als een familievereniging: “Met onder andere de Schuttes, de Meerburgen en de Van Osnabrugges. Het was een vruchtbare bodem voor de vele ontstane relaties en huwelijken. Uiteraard kwamen er kinderen, die op hun beurt in de familietraditie van hun ouders traden.”
Als Wim terugblikt, dan heeft hij het nog steeds moeilijk met het sommige veranderingen in het korfbal: “Ik heb nooit echt het allerhoogste niveau gehaald, maar ben wel vaak kampioen geweest. Ik was een aanvallende creatieve speler. Mijn tegenstanders roemden mij om mijn sportiviteit en loopvermogen. Daarom was het voor mij als loper een enorm gemis dat het middenvak verdween. Voor Robert Schoof rende ik me daar altijd uit de naad, in de hoop dat hij ooit de top zou bereiken.”
Wat een gekkigheid
Hans heeft ook gemengde gevoelens bij het middenvak: “Ik was vaak lang geblesseerd en als ik daarna weer begon, was opeens het middenvak verdwenen of speelden we in gesponsorde shirts. Die had ik eerst nog helemaal niet.” Rien vult aan: “Dat middenvak vond ik ook wel jammer, maar achteraf bezien een goede zaak. Er kwam meer ruimte voor velden en de extra selectie aan het begin van de zaalperiode verdween. Dat we ook in de zaal gingen korfballen, viel in het begin niet mee. Vanwege een gebrek aan zaalruimte trainden wij in Katwijk en speelden onze thuiswedstrijden in Lisse.”
Riens verwachting voor de toekomst is, dat er nog meer nadruk op de zaalcompetitie zal komen te liggen: “Dat zie je nu al bij de Korfbal League. Ik hoop echter wel, dat het veldkorfbal blijft bestaan. Buiten is sowieso gezonder en het komt de saamhorigheid ten goede. De eigen kantine blijft toch het tweede thuis voor onze leden.” Wim is het daar mee eens. Het moet hem daarbij wel van het hart dat hij het kunstgras eigenlijk maar helemaal niets vindt.
Ook Hans ziet een groeiende afstand tussen de Korfbal League en de rest. “En,” vervolgt hij, “elk jaar weer nieuwe regels van de bond. Als scheidsrechter heb ik daar steeds vaker last van. Eerst is voetbal verboden. Nu mag het weer. Bij de senioren mogen nu dames als heer spelen en andersom, wat een gekkigheid!”
Gezellig blijft het
Tot slot blikken we ook met deze Velovedettes vooruit: hoe gaat het met Velocitas in 2025, als we 75 jaar bestaan?
Gerard is trots, dat hij zijn steentje bij heeft kunnen dragen. Hij wenst de club nog heel veel succes in de toekomst en zegt: “Ik hoop dat we nog iets van het 70-jarig jubileum kunnen vieren. Zelf ben ik ook van 1950. Ik heb daarom ook al een belangrijk feestje moeten overslaan.” Wim zegt: “Velocitas zal verder gaan op de manier zoals het altijd gegaan is. Een gezellige vereniging, waar iedereen welkom is.” Rien vindt: “Een fijne en veilige plek om te sporten en met elkaar te genieten van het leven.”
Hans vat het zo samen: “Voorspellen hebben we altijd al gedaan. Wat het meeste uitgekomen is, is dat Velocitas vooral een leuke vereniging is. Soms wordt er op hoog niveau gespeeld. Soms ook niet. Maar gezellig blijft het.”